De FC Mediacircus-managementstrategie: iedereen doet gewoon waar hij goed in is
Toen we drie afleveringen van FC Mediacircus hadden opgenomen, stuurde Jos me een appje. Of ik wel gelukkig was met de rol van ‘host van de show’? Die rol leek vooraf heel logisch omdat ik de interviewer en de journalist ben van de drie en dus in mijn ogen de aangever. Zo’n introotje waarbij je de luisteraars even toespreekt en de onderwerpen doorneemt met Jos en Robert leek iets voor mij, maar ik werd er niet zo blij van. Dat komt doordat ik niet iemand ben die de leiding neemt, meer de hardwerkende aanvoerder ben die leuke opzetjes en invalshoeken bedenkt; de man van de passjes zou je kunnen zeggen. Natuurlijk speel ik wel eens ergens de baas, maar bij de eigenaar van een bedrijf en een redelijk dominante trainer voelde dat niet als mijn natuurlijke state of being. Ik schreef dat in de groepsapp en er kwam alleen iets als ‘ik ga dat wel proberen hoor’. De volgende keer lag er een ‘production sheet’ klaar, regelde Jos het inbellen met de gasten en werd ik meer de Jan Mulder aan tafel. En weer door.
Op vakantie met vrienden
Weten jullie nog dat je met een groepje vrienden op vakantie ging? Als je dan uit eten ging, was er altijd iemand die ging vragen of er plek was, een tweede sprak het leuke meisje aan in de bediening en een derde regelde dat er voldoende gespreksonderwerpen waren aan tafel. Zo zou in mijn ogen een bedrijf georganiseerd moeten zijn; niet teveel officiële termen voor de functies, maar iedereen doet gewoon doet wat hij of zij goed kan. Volgens mij hebben we bij FC Mediacircus drie redelijk aanvullende types bij elkaar; Jos neemt de leiding en organiseert de techniek, ik ben van de creativiteit en Robert heeft de verbale vermogens en de media-contacten om ons verhaal overal te vertellen.
Semco in de polder
Nu ik erover nadenk, heb ik wel eens een aardig managementboek gelezen dat bovenstaande methode omarmt; Semco in de polder door Allard Droste. Hij vertelt het verhaal van het Rotterdamse metaalbedrijf Aldowa dat in korte tijd flink groeide terwijl het ziekteverzuim terugliep. Droste schafte de functieprofielen af, de functioneringsgesprekken en de vaste werktijden. Hij liet iedereen het werk lekker zelf organiseren met als basis: als je thuis een vakantie kan boeken, de kinderen op tijd naar school krijgt en een aannemer kan bellen bij lekkage moet dat bij een bedrijf ook lukken. Wat je doet als manager is heel veel vertrouwen geven en een gezamenlijk doel en dan komt iedereen daar verder prima uit. Droste: ,,Het is net als je kinderen leren fietsen: eerst zitten ze achterop, daarna hou je ze vast en ren je mee, later kijk je mee en in de vierde fase geef je je telefoonnummer mee voor als het eventueel misgaat. Ik werkte ook veel aan het collectieve gevoel: samen naar nieuwe gebouwen kijken of gezellig lunchen. Ondertussen laat je mensen ook gewoon fouten maken. Het is allemaal geen rocket science.’’
Dat vind ik wel een mooie managementles van FC Mediacircus: zorg voor een gezamenlijke ambitie, een droom en laat vervolgens gewoon iedereen doen waar hij of zij goed in is. Misschien is dat ook wel het beste voor Frank de Boer als adagium in plaats van allerlei vage Netflixseries. Morgen even het vliegtuigbedrijfje van Helene bellen; ‘Frank: Lees Semco in de Polder’.