Het is een overzichtelijk businessmodel; jij als schrijver, wetenschapper of gewoon geïnteresseerde dompelt je helemaal onder in een onderwerp, leest alles over de hele wereld en doet daarvan verslag in een dagelijkse of wekelijkse nieuwsbrief. Dat klink als een bekend model, maar met Substack ploft er vervolgens een rekening op de deurmat van de gebruiker van zo’n 5 euro per maand en als schrijver betaal je tien procent aan Substack als kosten. Zou dat iets zijn als model voor schrijvers om te overleven?

We hadden het vorige keer al even over het opbouwen van fans en hoe je door die fangroep een bestaan kan opbouwen. Dat doe je natuurlijk door aan je fangroep boeken te verkopen zoals de schrijver AL Snijders doet met zijn ZKV’s, zeer korte verhalen. Hij stuurt zijn verhalen naar de mensen op zijn e-maillijst en als hij er een paar af heeft dan gaat hij naar de uitgever en maakt er een boek van; de mensen die zijn nieuwsbrief krijgen, weten dan dat ze naar de winkel moeten, prima model. Maar AL Snijders zou natuurlijk ook geld kunnen vragen voor zijn nieuwsbrief en zo werkt Substack dat sinds 2017 bestaat. In 2018 legde CEO en founder Chris Best bij Recode Media uit hoe het werkt. De basis van het idee lijkt een beetje op dat van De Correspondent: mensen zijn het zat om de hele dag op internet te zitten om informatie te zoeken en wenden zich liever tot hun favoriete journalist/schrijver die dat werk doet.
Ik gooi ff een stukje door Google Translate

,,Je wilt controle over jouw tijd en aandacht terugkrijgen. E-mailnieuwsbrieven zijn een manier om dat te doen. Bovendien neem je die beslissing niet in de ‘hitte van het moment’. Je bent op je best, zittend op een zondagmiddag en bedenk je op welke e-mailnieuwsbrief ik me wil abonneren? Iets anders, zo lijkt het mij, is dat er een algemene afname is van het vertrouwen in sociale feeds. Terwijl ik twee, drie jaar geleden denk dat de meesten van ons zich veel meer op hun gemak voelden om het grootste deel van ons nieuws van Facebook, Twitter en andere sociale netwerken te krijgen.’’

Ben Thompson
Je leert dus, behalve dat Google Translate nog een lange weg te gaan heeft, dat het gaat om vertrouwen tussen schrijver/journalist en lezer. De grote held van Substack is Ben Thompson die met ‘Stratechery’ (over tech) een betaalde nieuwsbrief heeft die goed loopt. Ook is er Bill Bishop die een nieuwsbrief schrijft over China, dit was de eerste nieuwsbrief ooit en hij bracht meer dan 100.000 dollar op de eerste dag. Op ‘The Write Life’ staan wat verhalen over acht succesvolle schrijvers op Substack. Emily Atkin bijvoorbeeld is een milieujournalist sinds 2013 en sinds september heeft ze de nieuwsbrief Heated, duizenden mensen betalen daar 8 dollaar per maand voor. Ook is er Jacob Cohen die voor 10 dollar per maand schrijft over de businesskant van het bouwen aan mediabedrijven.
De vraag is natuurlijk of en zo ja onder welke omstandigheden het zou werken in Nederland. Zouden journalisten of extreem geïnteresseerden een bestaan kunnen opbouwen? Moeten we allemaal naar aanbieder Revue (want dat heeft deze functie ook) gaan om geld te vragen voor de betalingsdienst? Natuurlijk is de markt in de VS veel groter, maar zijn er omstandigheden waaronder het zou werken? We zullen snel Chris Klomp eens vragen hoe dat werkt want hij heeft natuurlijk een betaalde service op Twitter.

1. Autoriteit
Je moet natuurlijk dé autoriteit zijn of willen worden in een bepaalde niche. Het is dus niet de hobby dus die je er een beetje bijdoet zoals bbq en voetbal kijken, maar dit is echt jouw leven, je kan/wil/doet niets anders dan al het nieuws volgen over oorlogen, cultvoetballers of elektronische muziek.

2. Hoe nicher hoe beter
In de hoofden van de mensen bij NU.nl, AD en Telegraaf gaat het nog steeds om de wet massa is kassa (en dat is ook zo omdat ze daar strijden om massa-euro’s), maar dat geldt niet voor de betaalde nieuwsbrief. Je moet altijd niche gaan denken zonder dat je zo micro gaat dat er niemand meer over is. Dus voetbal als interesse is niet genoeg, maar de tactische elementen zoals Pieter Zwart belicht wel. Chris Thompson schrijft over tech, maar dat doen er meer. Hij doet dat op een manier waarbij hij analyseert welke strategieën erachter zitten en daarin is hij zo bevlogen en bij betrokken dat mensen die iets buiten zijn werkveld opereren er geen reet van snappen; dan ben je goed bezig, dat is een goed teken.

3. Unieke informatie
Je moet ervoor zorgen dat de informatie die jij verzamelt niet heel erg gemakkelijk op een gratis manier te verkrijgen is. Jij weet dus stukken meer dan de persberichten. Dat wil niet zeggen dat je overal bronnen moet hebben, maar het helpt wel om heel veel te weten. Als jij veel over grote mediabedrijven schrijft dan weet je meer wat daar speelt dan de gewone tv-kijker. Handig ook want dan kan je mooi lekker aanschuiven aan de talkshowtafels.

4. Gratis is instap
Je ziet steeds vaker dat er een gratis instapmodel is en een betaalde variant die duurder is. Het is handig om een publiek op te bouwen van mensen die je graag lezen en na een tijdje ga je met een exclusieve groep verder. Zo werken trouwens steeds meer podcasts tegenwoordig; de Zelfspodcast heeft tegenwoordig een ‘achter de muur versie’ en Bas Tietema van de Tour du Tietema gaat er met zijn content ook mee aan de slag.

5. Aardige gast
Als jij met je verhalen dagelijks of wekelijks wordt gelezen dan moet je ook iets van jezelf laten zien. De informatie kan dusdanig goed en uniek zijn, maar als je een lul bent gaan mensen niets van je lezen. Je moet dus een band opbouwen met jouw publiek, ze moeten jou een beetje gaan volgen via socials, een beetje van je gaan houden net zoals ik een beetje van Marcel van Rosmalen houdt. Ik zal deze week een verhaal maken hoe je fans opbouwt, is misschien wel aardig.

6. Onderdeel van een beweging
Jouw nieuwsbrief is niet zomaar wat zinnetjes, maar je kan het vergelijken met het clubblad van vroeger. Wij hadden vroeger het SVLV-clubblad en daar keek je naar uit. Iedereen praatte erover destijds en het was dus onderdeel van het groepsgevoel.

Conclusie
Zo nadenkend is dat misschien de perfecte metafoor voor een nieuwsbrief waarvoor je in potentie geld zou kunnen vragen. Het gaat erom dat je een clubgevoel creëert, je schrijft over zaken waarin alleen jou bubbeltje interesse in heeft en dat is ook prima. Ik weet nog goed dat bij ons de SVLV’r op de mat viel. Daarin had de voorzitter een stukje geschreven over hoe onder de indruk hij was van een wedstrijd van de A1. Ze stonden achter, waren minder, maar knokten zich in de wedstrijd. Vooral de spits maakte indruk, hij maakte geen mooie goals, maar wel twee frommelgoals die uiteindelijk de 4-3 tegen DSO thuis opleverde. Aan dat doorzettingsvermogen zouden mensen een voorbeeld moeten nemen. Ook in het leven, dacht ik daar achteraf bij. Wie destijds de spits was in de A1? Dat was ik en de voorzitter…mijn vader.