Als je een podcast gaat maken, is dat technisch gezien niet zo ingewikkeld: je bestelt wat spullen bij Bax en gaat aan de slag. Maar het wordt allemaal stukken beter als je een beetje gaat letten op de grote meneren en mevrouwen die snappen hoe het werkt. Check bijvoorbeeld Michel van Egmond en Martijn Krabbendam van de Dick voor Mekaarpodcast. Wat kan je als amateurmaker van die gasten leren?

Vaste patronen
Behalve de rubriekjes moet een goede podcast vaste patronen hebben, rituelen die elke week terugkomen. Bij de mannen van deze podcast over Feyenoord is dat bijvoorbeeld de hond Dizzy die elke week een bot krijgt van Martijn. Ook noemt Krabbendam Van Egmond altijd ‘de bestsellerauteur’ en Van Egmond reageert op de vraag ‘was het druk? altijd met iets als: ,,Zeker, ik moest al die miljoenen lezertjes weer blij maken natuurlijk’’. Als ze een interview met een coach of speler bespreken dan vindt deze plaats voor zo’n ‘Chris Woerts-bord’ (de man die alles weet van sport en commercie en daar met liefde over vertelt, ook ingeschakeld trouwens door de mannen om een topsponsor te vinden voor de show in de categorie Shell of McDonald’s).

De aanwezige technicus als derde gast
Als je een beetje een podcastluisteraar ben dan weet je dat de ‘aanwezige technicus’ wel vaker een grote rol speelt. Bij DVP is dat Sjoerd, een twintiger die nog in een studentenhuis woont met alleen maar vrouwen (waar de mannen wel eens een beetje jaloers op zijn want: ,,een jaar of twintig zijn is toch wel de lekkerste leeftijd die er is.’’). Bij Views van Jason Nash en David Dobrik zit ook een technicus die ze elke week tien seconden spreektijd geven en blijven afzeiken. Bij DVP is Sjoerd volgens de mannen altijd veel te druk met de ‘Skiete Willy Podcast’ van PSV, het kleine werk, verkeerde prioriteiten.

Goede rubriekjes
De rubriekjes zijn niet zo spannend, maar vormen wel een leuk intermezzo. Ze bellen even met een relevante Feyenoorder en Van Egmond vertelt over iets dat hij op YouTube heeft gezien; een leuke docu ofzo. Het mooie aan DVP is natuurlijk dat ze zich zelf niet al te serieus nemen en dat geldt ook voor de rubriekjes. En dus heet een van de rubrieken ‘Ja hallo met Mario’, het vaste opneemritueel van de man die altijd te bellen is, zeker over Feyenoord.

Ze delen het gevoel van het publiek
Deze podcast gaat over Feyenoord en dus zit dat Feyenoordgevoel er in. En dus zegt Michel dat er prima naar Feyenoord te kijken is, maar je moet er wel iets bij drinken. Als je een podcast maakt moet je weten hoe jouw publiek zo’n beetje denkt want die mensen beschouwen jou als een vriend. Michel en Martijn weten wat hoe een Feyenoorder denkt. Ja, de Beer Lucas Pratto kan het wel eens helemaal gaan maken, maar in het achterhoofd van de Feyenoorder zit ook een stemmetje dat zegt: dit kan wel eens helemaal niks worden. Of luister naar de passage waarin de mannen beschrijven hoe een medewerker van Rijnmond in de ArenA komt; een beetje vies kijkend over zoveel opsmuk, zoveel Amsterdams gedoe. Over zoveel volkszangers.    
 
Meta, meta en nog eens meta
In een podcast ben je zelf aanwezig als verteller, jouw leven doet ertoe en daarin schuilt het grote verschil met Radio 1. Waar vonden de programma’s van Harrie en Henk vroeger altijd plaats? Op een redactie en bij Michel en Martijn is dat een kroeg waar ze mogen opnemen. Volgens de grote Joe Pulizzi gaat het altijd om de karakters waarom mensen blijven luisteren, hoe informatief de verhalen ook zijn en dat snappen die mannen wel goed. Een van die persoonlijke gimmicks is bijvoorbeeld dat Martijn altijd de mopperende cynicus is in zijn ‘echte’ journalistieke leven, maar dat hij door de podcast een volledig nieuw imago krijgt van ‘een vrolijke jongen’. Martijn daarentegen noemt de schrijver van twee Gijpboeken dus ‘de bestsellerauteur’. Zelf zegt hij daarover: ,,Ik lees geen boeken, ik schrijf ze.’’ (wat een citaat was van Harry Mulish of Jan Cremer).      

Ze kennen elkaar goed
Als je met een podcast begint, moet je twee mensen hebben die elkaar een beetje kennen en die bij voorkeur hetzelfde vak delen. Martijn en Michel hebben allebei bij VI gewerkt onder leiding van Johan Derksen over wie ze geweldige verhalen hebben (hoewel Michel ze liever bewaart voor zijn bio) en ze volgen allebei Feyenoord al jaren. Waar je vooral op moet letten als je daarmee begint, is dat je een ‘Sander’ en een ‘Jaap’ hebt, je weet wel: die gasten van de Zelfspodcast met die moeilijke achternamen. Sander is daar duidelijk de afmaker en Jaap is de aangever en die rolverdeling is niet keihard nodig, maar werkt wel lekker. Bij de mannen is Michel de afmaker, de verhalenverteller, en Martijn is de aangever, de vragensteller zonder groot ego. Dat werkt goed want als afmaker heb je nu eenmaal ruimte nodig terwijl de middenvelders de ruimte creëren.   

Conclusie voor jullie als nieuwe podcastmakers? Ga het samen doen met iemand die je een beetje mag en goed kent, neem jezelf en het onderwerp dat je bespreekt ook weer niet te serieus, bouw leuke rubriekjes in en laat ook wat van jezelf zien. Dan komt het helemaal goed. 

Avatar

Door Bas Hakker